De poreuze Griekse grens

Begin van deze maand kwamen op het eiland Leros in een paar dagen tijd meer dan 300 mensen aan land. Het waren geen toeristen deze keer, maar mensen die illegaal probeerden het land binnen te komen. Ook op het eiland Evia werd begin mei een groep van 28 vluchtelingen aangehouden die per boot een poging deden Europa te bereiken. Alleen al in de afgelopen 3 weken heeft de kustwacht meer dan 1000 illegalen opgepakt, die in kleine bootjes vanuit de Turkse kust probeerden in Griekenland aan land te gaan.

Dit is de laatste tijd geen uitzondering. Griekenland krijgt als EU-lidstaat aan de buitengrens steeds meer te maken met illegale immigranten. Het zijn mensen uit Irak, Iran, Afghanistan en Noord-Afrika die de enorme uitgestrekte kustlijn van Griekenland gebruiken om Fort Europa binnen te komen. Uit steeds meer rapporten van mensenrechtenorganisaties blijkt dat de opvang en behandeling van deze vluchtelingen op zijn zachtst gezegd problematisch is. In de rapporten wordt melding gemaakt van de structurele en ernstige tekortkomingen van de Griekse asielprocedure en praktijk. Vluchtelingen krijgen in vele gevallen geen rechtsbijstand en tolk, de detentieomstandigheden zijn slecht, opvangcentra zitten overvol, een asielaanvraag kan vaak pas worden ingediend als er fors wordt betaald aan zgn. ‘mediators’ en in bepaalde gevallen is er zelfs sprake van marteling.

Het in november 2007 uitgebrachte rapport van de Duitse non-gouvernementele organisatie Pro Asyl over de behandeling van vluchtelingen op de eilanden Lesbos, Chios en Samos is helemaal shockerend. De kustwacht blijkt vluchtelingen systematisch te mishandelen, boten worden vaak terug de zee op gestuurd, of mensen worden afgezet op onbewoonde eilanden en in de steek gelaten.
De vluchtelingen die het land wel inkomen, zijn in de meeste gevallen niet van plan om in Griekenland te blijven. Ze willen zo snel mogelijk verder Europa in. Dat laatste betreuren de Grieken geenszins. De autoriteiten doen er alles aan de vluchtelingen te verjagen. Ze krijgen bijna zonder uitzondering na een aantal maanden te horen dat ze het land moeten verlaten. Het aantal asielzoekers dat daadwerkelijk wordt toegelaten, is verwaarloosbaar. Een voorbeeld: in 2007 werden 25.113 aanvragen ingediend, waarvan er 8 hebben geleid tot een vluchtelingenstatus.

Velen trekken verder westwaarts en proberen bijvoorbeeld in de Griekse havenstad Patras verstopt in een boot of vrachtauto Italië binnen te komen.
 Daarmee is het probleem voor de Grieken helaas niet van de baan. Volgens het Verdrag van Dublin is de eerste EU-lidstaat waar een immigrant binnenkomt, verantwoordelijk voor zijn of haar asielaanvraag. Dat betekent dat een asielzoeker die in Griekenland aankomt, verder Europa in vlucht, en wordt opgepakt in bijvoorbeeld Italië, wordt teruggestuurd naar Griekenland, om daar ter plekke zijn of haar asielaanvraag te laten behandelen.


Er is inmiddels een aantal landen dat heeft aangegeven asielzoekers niet meer naar Griekenland terug te sturen, omdat hun rechten te vaak geschonden zouden worden. Dit geldt voor Noorwegen, Duitsland, Zweden, Finland en België. De UNHCR (United Nations High Commissioner for Refugees) heeft in een rapport dat op 15 april werd gepubliceerd, alle EU-landen opgeroepen te stoppen met terugzending van uit Griekenland afkomstige asielzoekers. Ook Amnesty International en de European Council on Refugees and Exiles (ECRE) hebben nu hun zorg uitgesproken.

14 mei 2008