Never on Sunday

Foto: Melina Mercouri. Bron: moma.org. Bericht: Never on Sunday. www.andergriekenland.nlBegin maart zag ik in Thessaloniki op verschillende Griekse televisiekanalen hommages aan Melina Mercouri. Dat deze programma’s begin maart werden uitgezonden, had twee redenen: op 6 maart was het 15 jaar geleden dat zij overleed, en 8 maart werd de Internationale Vrouwendag gevierd. In de nieuwsuitzendingen werden verschillende mensen op straat geïnterviewd en een veel voorkomende opmerking was: zij heeft veel gedaan voor de positie van de vrouw, in Griekenland, maar in feite wereldwijd. Daarbij werd in sommige gevallen verwezen naar de film Never on Sunday, een film uit 1960 waarin Mercouri een hoertje speelt.

Ik kende Mercouri vooral als politica, niet als actrice. Ze was Minister van Cultuur in de jaren ’80, toen ik voor het eerst voet op Griekse bodem zette, en toonde zich daarna nog jarenlang pleitbezorger voor de terugkeer van de Elgin Marbles. Vorig jaar in maart bezocht ik haar graf in Athene (vol bloemen vanwege haar sterfdag begin maart), en hoe ironisch: in diezelfde dagen, op 31 maart 2008, overleed haar man, de filmregisseur Jules Dassin. Mercouri heeft in de jaren ’60 en ’70 in meerdere films gespeeld, maar ik had ze geen van allen gezien.

Afgelopen weekend zag ik de film Never on Sunday en las ik haar biografie I was born Greek, een boek dat in 1971 verscheen. De film is half musical, half comedie, niet helemaal mijn favoriete genre. De verhaallijn is simpel: een Amerikaans filosoof, genaamd Homer, bezoekt Griekenland en ontmoet daar het hoertje Illia. De rol van Homer wordt gespeeld door de filmregisseur Jules Dassin zelf, en Illia is natuurlijk Melina Mercouri. Illia geniet van het leven en haar zelfstandigheid. Ze wordt alleen af en toe lastiggevallen door de pooier No Face, die in haar zelfstandigheid een bedreiging ziet voor de hoeren die voor hem werken. Homer doet verwoede pogingen haar beschaving bij te brengen en probeert haar zelfs te bewegen uit het vak te stappen. Een soort jaren ’60 variant van Pretty Woman, zou je kunnen zeggen. Met dit verschil dat Never on Sunday niet eindigt met een eind-goed-al-goed voor Homer en Illia, maar met een Homer die met de boot uit Piraeus vertrekt, en Illia die achterblijft tussen al haar bewonderaars.

In werkelijkheid kwam het wel goed: Dassin en Mercouri, al voor het draaien van de film elkaars geliefde, trouwen in 1966 met elkaar en blijven bij elkaar tot het overlijden van Mercouri in 1994. Wat de film in mijn ogen fantastisch maakt, is allereerst de muziek van Manos Hadjidakis (hetgeen ook leidde tot een Oscar) maar vooral de persoon van Mercouri. Zij heeft een enorme uitstraling, is prachtig, charismatisch, en zichzelf (zo lijkt het).

In de biografie is meer te lezen over de achtergrond en totstandkoming van de film. Dassin en Mercouri vertrekken naar Piraeus om het script te schrijven, geld in te zamelen, en de film te draaien. Dat verloopt niet helemaal succesvol. Om te beginnen is niemand bereid geld in de film te steken (misschien vanwege de voorlopige titel The Happy Whore?). Het script wordt in 10 dagen geschreven, tijdens het draaien wordt veel gebruik gemaakt van amateurs en familie, en Dassin speelt de rol van Homer om geld te besparen. Om het drama compleet te maken krijgt Dassin ook nog een ongeluk in de haven van Piraeus.
Uiteindelijk komt het wel goed: de film wordt de Griekse inzending voor het filmfestival in Cannes, en daar krijgt Mercouri de Best Actress Award. De film wordt wereldwijd vertoond en geeft een enorme impuls aan de muziek en cultuur van Griekenland. Het Griekse Verkeersbureau had zich geen betere promotie-film kunnen wensen.

6 april 2009