Alhoewel de Roma in alle delen van het land wonen, is het merendeel in Athene en omliggende gemeenten, het zogenaamde Groot-Athene, te vinden. Het zijn niet de beste plekken van de stad. De zigeunerwijken Ano Liosia en Acharnes liggen in dezelfde buurt waar ook de grootste stortplaats van Athene ligt.
Zigeunerkamp Nea Zoi in de deelgemeente Aspropyrgos kijkt uit op de grootste concentratie olieraffinaderijen van heel Griekenland. En de Roma in Spata wonen onder de aanvliegroutes van het nieuwe vliegveld van Athene. Het zijn plekken waar de meeste gadje (niet-Roma) zich niet durven vertonen.
De situatie van de meeste Roma is verre van rooskleurig. Volgens rapporten van een Griekse NGO maakt slechts 2% van hen de lagere school af, om van een vervolgopleiding al helemaal niet te spreken. Het merendeel van de Roma is dan ook analfabeet. Vanzelfsprekend is deze situatie niet alleen te wijten aan factoren die buiten henzelf liggen. Onwil, desinteresse of andere opvattingen over het leven spelen bij een deel van de Roma ook mee. En dat kan er vervolgens bij niet-Roma toe leiden dat ze worden bevestigd in hun beeld van de Roma. De wisselwerking tussen ervaringen van Roma en niet-Roma lijken een verbetering van de leefsituatie voortdurend in de weg te staan. Om twee voorbeelden uit de praktijk te noemen: een gemeente die zich heeft ingezet om een schooltje voor Roma-kinderen te bouwen en leerkrachten aan te trekken, laat op een zeker moment de moed zakken op het moment dat de kinderen niet komen opdagen. En Roma-kinderen die wel naar school gaan, maar daar vervolgens te maken krijgen met discriminatie en uitsluiting, verliezen op hun beurt de motivatie hun schooljaar af te maken.
De levensverwachting is vele malen lager dan dat van de gemiddelde Griek. De organisatie Doctors of the World deed een paar jaar geleden onderzoek in het kamp Nea Zoi en constateerde daar dat 99,6% van de bewoners besmet was met hepatitis A, 65% met hepatitis B. Een uitermate alarmerende constatering, zo schreef de organisatie, in een land dat al sinds 1981 deel uitmaakt van de Europese Unie en waar het percentage besmettingen op de totale bevolking vele malen lager ligt.
Dat Roma bewust kiezen voor een dergelijk bestaan, is een mythe. Een paar jaar geleden raakte ik in gesprek met de uitbater van een hotel aan de voet van het woeste Taygetos-gebergte in de Griekse Peloponnessos. Hij bleek een Roma. Hij maakte zich kwaad over al die mensen die het idee hadden dat Roma voor hun plezier in tenten of krotten zonder stromend water en electriciteit leven. “Als een Roma geld heeft, bouwt hij ook een huis met een keuken en een badkamer, net als jij”, zo vertelde hij me.
Ook al wonen de meeste Roma weggestopt aan de rafelranden van deze enorme stad, dat wil niet zeggen dat ze daar met rust worden gelaten. De laatste jaren zijn ‘schoonveegoperaties’ of uitzettingen schering en inslag. Stadsbesturen lijken er een hobby van te maken de Roma uit de stroken niemandsland te verdrijven. De terreinen worden vervolgens omgedoopt tot park, speelplaats, of blijven gewoonweg braak liggen. Vaak zijn de ruimtelijke plannen van een stadsbestuur reden de stukjes grond schoon te vegen. De bouw van de diverse sportfaciliteiten ten behoeve van de Olympische Spelen van 2004 was bijvoorbeeld ook aanleiding om verschillende zigeunerkampen in de omgeving van Athene te ontruimen.
Deze verdrijvingen gaan niet zelden gepaard met veel geweld. De inwoners weigeren namelijk meestal tot het laatste moment te vertrekken, en de autoriteiten rest niet anders dan met veel machtsvertoon van bulldozers en ME de zaak op te lossen. De vele uitzettingen leidden er in 2006 toe dat Griekenland een bijzondere prijs kreeg: de Housing Rights Violator Award.
Let wel: deze prijs van de Center of Housing Rights and Evictions (COHRE) strekt zich niet alleen over Europa uit, maar over de hele wereld. Dat betekent dat Griekenland heeft moeten concurreren met de schrijnende verhalen van landen als Zimbabwe en China, die iedereen wél kent uit de Nederlandse media.
28 april 2009