Toerisme voor anti-toeristen

Foto:  logo EDEN award. Bericht: Toerisme voor anti-toeristen. www.andergriekenland.nlIn de laatste Athens Plus, de bijlage die iedere vrijdag door de Engelstalige Griekse krant Ekathimerini wordt uitgebracht, las ik dat er afgelopen zondag in de omgeving van Athene een fietstocht langs verschillende wijnproducenten was georganiseerd. Voor de prijs van 5 euro kon je per fiets een route maken langs een aantal wijnhuizen in Koropi, Markopoulo en Spata. In ieder wijnhuis kreeg je een rondleiding en kon je wijn proeven.

Op dezelfde dag zag ik een ander bericht. De bergachtige regio Grevena in Noord-Griekenland heeft eind 2008 één van de 20 EDEN awards gewonnen. EDEN staat voor European Destination of Excellence. Een prijs van de Europese Commissie die is ingesteld om alternatief toerisme in de Europese landen te stimuleren.

Dit zijn twee voorbeelden van een nieuwe trend die wel eens ’toerisme voor anti-toeristen’ wordt genoemd. Terwijl de gemiddelde vakantieganger Griekenland al jaren associeert met zon, zee en strand, kun je zoveel meer in dit land. Denk aan bergbeklimmen, raften, skiën, snowboarden, vogelspotten, kamperen bij de boer, wandelen, paardrijden en wijnhuizen bezoeken. Die andere mogelijkheden werden tot voor kort door weinig mensen benut. Tot de Grieken een paar jaar geleden bedachten dat het verstandig is te investeren in dit alternatief toerisme. Je kunt met andere vormen van toerisme namelijk arme regio’s een impuls geven, spookdorpen nieuw leven inblazen, de toeristen wat meer spreiden en de verwende toerist van tegenwoordig meer bieden dan het geijkte aanbod. Er is tegenwoordig dan ook ecotoerisme, agritoerisme, natuurtoerisme, duurzaam toerisme, verantwoord toerisme, kortom: ander toerisme.

Griekenland heeft nu zelf ook ontdekt dat het zoveel meer te bieden heeft dan de kuststroken waar de meeste toeristen zich de afgelopen 40 jaar vooral hebben opgehouden.
 Ik ben zelf altijd een groot voorstander van toerisme dat zich richt op de natuur, dat in kleine groepen of individueel plaatsvindt, dat direct voordeel biedt aan de lokale gemeenschap of de plaatselijke economie. Mijn eigen reizen door Griekenland vertonen dan ook meestal die kenmerken. Ik ben te voet door een groot aantal gebergtes op het vasteland getrokken, ver van de stranden. Ik logeerde bij de plaatselijke kleine hotelhouder, at bij de taverne in het dorp en kocht mijn proviand bij de plaatselijke kruidenier. Fantastisch, vond ik. Maar om dit alternatief toerisme als ‘ethisch alternatief’ te bestempelen, als mogelijkheid om destructie van ecologische systemen en verlies van cultureel erfgoed tegen te gaan, is volgens mij een farce. Reizen en toerisme zijn vrijwel altijd schadelijk voor milieu en natuur, voor authenticieit van de bestemming.
Uiteindelijk gaat het er om – vanuit de aanbodzijde – dat er geld mee wordt verdient. Het hele arsenaal aan alternatief toerisme is in mijn ogen een alternatieve vorm om geld te verdienen. En daar is niets mis mee.

17 februari 2009